woensdag, 18 febr.'09

Uit het boek Genesis
8, 22

De Heer dacht bij zichzelf:
Zolang de aarde bestaat, zal er een tijd zijn om te zaaien en een tijd om te oogsten, zal er koude zijn en hitte, zomer en winter, dag en nacht; nooit komt daar een einde aan.

1 opmerking:

Anoniem zei

"De geur van het offer van reine dieren en vogels door Noach behaagde de Heer".Hij laat Zich vermurwen door het zuivere dankoffer van een mens-naar-Zijn -hart.God is geraakt door het zuivere hart van Noach: "Nooit weer zal Ik de aarde vervloeken vanwege de mens" zoals Ik nu heb gedaan"!C.